28 september 2019

Sinterklaas

Geschreven door Maarten van der Bijl

Let op: lees gerust door, deze column gaat niet over zwarte pieten

Ik geloof dus in Sinterklaas. Ik zeg het maar gewoon. Sommige mensen vinden dat wel heel persoonlijk en, eerlijk is eerlijk, ik heb het er ook niet vaak over, maar Liesbeth vroeg om een openhartige column dus daar ga ik. Het geloof is mij van kindsbeen aangezegd. Mijn broers gingen mij er in voor. We begonnen zo vanaf de herfstvakantie al uit te zien naar het grote feest. Vaak al lang voor 5 december stapelden de tastbare en proefbare bewijzen van de presentie van de goedheiligman zich op in onze geheime bergplaatsen voor chocola en speculaas. Zo ik niet had geloofd, dan nu, een M van witte chocola: wat een fantastische sint is deze sint! Je hoeft je wensen maar op een blaadje te schrijven en nota bene in je schoen voor de haard te zetten, met een winterpeen of als dat niet voorradig is een korst brood, en een verrassing zal je deel zijn. Ik heb altijd gekregen waar ik om vroeg (behalve natuurlijk een blauwe skelter met aanhanger, maar die kreeg haast niemand). Soms kreeg ik zelfs dingen waar ik nog nooit van had gehoord, maar die ik zeker hard nodig had gehad, als ik het bestaan ervan had vermoed. Sint kent mij uitstekend! Dat gaat nog steeds elk jaar zo.

Geloof is bangmakerij

Nu zal iemand misschien zeggen: weet je niet dat er generaties lang mensen zijn bang gemaakt met dreigementen van roe en garde? Hoe kun je in zo’n Sint geloven? Tegen die mensen wil ik zeggen: heb je ooit iemand afgevoerd zien worden in een zak? Ooit een kindje het schoolplein op zien komen die ’s flink met de roe had gehad? Maak de Sint nou geen verwijten als de Sint geen schuld heeft.

Nu zullen anderen zeggen: zo kan ik het ook. Heb je daadwerkelijk weleens iemand over het dak zien rijden met een paard? Zijn jou de overeenkomsten tussen Klaas de politieman en Sinterklaas nooit opgevallen? En heb je die twee ooit tegelijkertijd aanschouwd? Zijn jou de gelijkenis tussen het handschrift van de Sint en dat van je moeder nooit opgevallen? Tegen al diegenen wil ik zeggen: ja, nee, maar ik begrijp niet wat dit met het voorgaande te maken heeft. Nu zullen deze anti-sinten misschien vervolgen: er kan maar één waarheid zijn. Dus ofwel deze cadeau’s komen van de Sint en dan staan ze niet al weken in de studeerkamerkast, of andersom. Nu zal ik in alle redelijkheid mijn pogingen dezen van hun naïeve ongeloof af te helpen staken, en hen uitmaken voor ‘pannenkoeken’, allemaal.

Geloof in iets dat niet bestaat

Nu zullen weer anderen misschien zeggen: dus eigenlijk geloof je niet in de fotografeerbare existentie van een eeuwenoude heilige op een dito schimmel, die nu ergens met een werkmijter op bij zijn zwembad in Turkije zit, maar meer in een metaforische sint-als-concept die zich manifesteert op de manier waarop mensen elkaar tot op de dag van vandaag cadeau’s geven, een positief te omarmen beeld van liefde en altruïsme in een tijd van verdergaande ontmythologisering en individualisering. Ergo: je gelooft niet in Sinterklaas dus, maar wel in het idee. Tegen dezen wil ik andermaal zeggen: pannenkoeken zijn jullie, nu en alle dagen!

Geloof in het mysterie

Nu zal tenslotte iemand zeggen: in deze column wil je meer zeggen dan je expliceert, want je impliceert een parallel met de christelijke God. En dat kun je niet doen, want enerzijds sinterklaas en anderzijds…., dat kan dus niet. Tegen deze wil ik zeggen: je hebt ongetwijfeld volkomen gelijk, al kan ik het niet verifiëren, want jouw conclusies zijn de jouwe. Maar zolang je niet bereid bent een mysterie te aanvaarden en als zodanig te laten bestaan, ga je nooit de kracht ervaren van welk geloof dan ook. Matteüs zegt het zo in de vertaling van de Basisbijbel: Jezus riep een kind naar Zich toe. Hij zette het kind midden in de kring en zei: “Luister goed! Ik zeg jullie: als jullie niet veranderen en gaan geloven als een kind, zullen jullie het Koninkrijk van God niet kunnen binnengaan. Mensen die net zo willen zijn als een kind, zijn de belangrijkste mensen in het Koninkrijk van God. En als je gastvrij bent voor een kind omdat je bij Mij hoort, ben je eigenlijk gastvrij voor Mij.

 

 

Gerelateerd