Ik heb een droom
Geschreven door Liesbeth OrthelHoe lang kom ik nu al in de Geertekerk? Van het antwoord schrik ik: 40 jaar! En al die jaren zit ik ongeveer op dezelfde plek in de kerkzaal en kijk ik vanaf die plek graag naar de ramen. De ramen in het koor zijn mijn ruitjespapier waarop ik denkbeeldige tekeningen maak door vakjes met elkaar te verbinden. Gek, dat je dat elke dienst zit te doen, al luisterend naar wat er aan woorden gebeurt.
Naast die neutrale ramen in het koor hebben we natuurlijk ook drie gekleurde ramen met voorstellingen daarop. Ik persoonlijk vind ze niet heel mooi, ook niet lelijk trouwens, beetje te robuust naar mijn smaak. Na al die jaren zijn ze wel dierbaar en vertrouwd. Ze horen er gewoon bij.
Betekenis ontdekken
Kennelijk heb ik mij nooit erg verdiept in wat ik zag op die ramen. Pas heel recent heb ik ontdekt dat het een ijzersterke serie afbeeldingen is met veel meer symboliek erin verwerkt dan ik mij ooit bewust was. Ik ben natuurlijk geen kunsthistorica noch theoloog, misschien zeg ik wel onzin dingen, maar toch wil ik delen wat ik opeens zag.
Ik was even uitgetekend en had behoefte aan iets anders. Daarom keek ik eens naar boven in het Mozesraam en zag de vlammende oranje letters met in het Hebreeuws de naam van God. Ik weet niet waarom, maar opeens was het nodig om bij de andere ramen te kijken wat daar in het bovenste deel te zien was. Bij het raam bij het doopvont waren dat de letters IHS (afkorting voor Jezus, of voor ‘in dit teken zult gij overwinnen’) en het Christusmonogram. En in het Pinksterraam de letters alfa en omega en de Germaanse valknut het symbool voor de drie-eenheid. Alle ramen hebben iets met de verschijningsvormen van God te maken.
Wegwijzers voor een manier van leven
Vervolgens ging mijn aandacht naar de afbeeldingen. Zouden ze ook met elkaar te maken hebben? Mozes die de tien geboden ontvangt. De bekering van Paulus; Paulus wordt van vervolger verkondiger van de ideeën van Christus. De leerlingen ontvangen de Heilige Geest en weten – kort door de bocht – opeens wat hen te doen staat. Wat was het verband? Voor mij zijn het drie momenten die heel duidelijk richting geven, wegwijzers voor een bepaalde manier van leven.
Zouden de ramen ook echt zo op elkaar afgestemd zijn, of was het toeval en zit ik het achteraf bij elkaar te fantaseren? Toen ik hier zelf nog over nadacht, bleek iemand anders dat tegelijk met mij ook te doen, en degelijker bovendien. Peter Hanegraaf schreef een scriptie over de ramen van de Geertekerk. Ik kreeg hem toe gestuurd en merkte dat ik best OK bezig was geweest. En ja, hoe kon het ook anders, alles aan de ramen had een specifieke bedoeling. We horen hier iets van terug in de Pinksterdienst en in het Pinksternummer van de Geertebrief.
Ik heb een droom
Laatste vraag die mij bezig hield: wie waren de schenkers? Hoe kenden zij de kunstenaar Johan Dijkstra? Eigenlijk is mij dat niet helemaal duidelijk geworden. De ramen zijn geschonken door het echtpaar Jan Cornelis Martens en Roelfina Mulder. Hij was huisarts in Utrecht. Zij ondersteunde hem in de opzet en organisatie van de praktijk. Ze verzamelden kunst en stelden o.a. een bijzondere zilvercollectie samen die recent overgedragen is aan het Rijksmuseum Twente.
Beiden waren afkomstig uit Groningen waar ze kunstenaar Johan Dijkstra hebben leren kennen. Hij was een succesvol kunstenaar en medeoprichter van De Ploeg. Pas later in zijn carrière ging hij zich toeleggen op monumentale kunst, glaskunst. Mogelijk was er een familierelatie via een ander lid van De Ploeg, maar dat is een fantasietje dat ik niet hard kan maken op dit moment.
Klein portret
Jan Martens vertelt in een krantenartikel dat hij in een droom het idee kreeg om de ramen te laten maken. En bij het ontbijt en na bespreking met z’n echtgenote, dacht hij waarom niet en ging aan het regelen. Mooi verhaal.
Omdat wij verder niet veel van Jan Martens weten, is het misschien aardig om – bij wijze van portret – deze beschrijving van hem te delen die het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde publiceerde bij zijn afscheid als huisarts (1971): “In weer en wind, op allerlei gemechaniseerde en niet-gemechaniseerde voertuigen deed hij praktijk. Het laatst op zijn scooter, die hij met grote virtuositeit bestuurde. Evenals hij waren zijn hoofddeksels weerbestendig: ze waren vaak van buitenlandse origine: meegenomen van zijn vele reizen. Een bijzonderheid is zeker, dat hij nooit zijn praktijk door ziekte niet heeft kunnen doen; slechts tweemaal is hij gedurende korte tijd door een ongeval buiten functie geweest. Geboren aan de voet van de Martinitoren lijkt het niet verwonderlijk, dat hij de eigenschappen van de Groninger in hoge mate bezit. ‘Niets teveel’ kenmerkt zijn persoon en zijn gehele levens- en werkwijze. Verder was hij uitermate collegiaal en bij ziekte van collega’s steeds behulpzaam. Men kon op hem bouwen. Zonder zijn kordate echtgenote had hij op deze wijze zijn grote praktijk niet kunnen doen; het stemt tot vreugde, dat zij beiden nog in volle gezondheid van het leven genieten.”
Zo hebben we toch een beetje een beeld van de mensen achter de ramen. Ik maak nog wat linkjes naar portretten van Jan Cornelis Martens en zijn vrouw Roelfina Mulder geschilderd door Johan Dijkstra en naar informatie over Johan Dijkstra zelf. Het was leuk om mij hierin te verdiepen, om te peinzen over de ramen, de afbeeldingen en hun betekenis, evenals de betekenis van de verhalen die op de ramen uitgebeeld zijn. Tenslotte, wie nieuwsgierig is naar de scriptie van Peter Hanegraaf kan een emailbericht sturen naar webmaster@geertekerk.nl.