7 februari 2018

De weg van de mens

Geschreven door Florus Kruyne

De cultuurfilosoof Joseph Campbell onderzocht de grote verhalen, mythen, sprookjes en legenden van alle godsdiensten en culturen. Hij werd getroffen door een steeds terugkerende structuur. Geïnspireerd door de ideeën van Jung over het collectief onderbewuste, de archetypen en de individuatie, de menswording in eigenlijke zin, concludeerde Campbell dat al deze verhalen eigenlijk gaan over de weg van de mens en diens mogelijke ontwikkeling. Hoe word je mens in de ware zin van het woord? Anders gezegd: De verhalen gaan over het ‘ik’ dat reist van ego naar Zelf, van persoonlijkheid naar Essentie. En ze vertellen over hoe die weg verloopt en wat je daarin tegenkomt. Het is wonderlijk dat de verhalende beschrijving van die weg in alle tijden, godsdiensten en culturen grote overeenkomsten vertoont. Er worden minstens zes opeenvolgende momenten onderscheiden en Campbell noemde deze gang ‘De weg van de held.’ De titel van zijn meesterwerk is dan ook ‘De held met de duizend gezichten’.

1. De uitnodiging

In elk mens schuilt een diep verlangen om zijn/haar essentie te verwezenlijken. Vaak wordt dat verlangen geofferd aan de verwachtingen van anderen. Dat verlangen kan echter altijd weer wakker gemaakt worden. En dat gebeurt vaak in de vorm van een verstoring van het alledaagse, een steen in de vijver van je leven. Alles gaat zijn gangetje en dan gebeurt er wat. Zo begint eigenlijk elk verhaal. Er gaat een telefoon, er wordt een pakje bezorgd, iemand droomt iets indringends of verstuikt zijn enkel. Eén of andere verstorende gebeurtenis bevat de uitnodiging om in beweging te komen en op weg te gaan. Al is dat met een verstuikte enkel dan wel weer lastig, maar je moet er wel iets mee, linksom of rechtsom. Eigenlijk wordt het verlangen weer wakker gemaakt om een onvermoed en nog ongebruikt
potentieel aan te boren. We worden als het ware geroepen.

2. De weigering en de aanvaarding

De roep of het verlangen nodigt de mens en de potentiële held uit om iets te doen. Er zijn duizend-en-een goede redenen om niet aan de roep te beantwoorden. De deur dicht te slaan, het pakje weg te leggen, snel weer over te gaan tot de orde van de dag. We willen graag in onze comfortzone blijven. Op weg gaan, het roer omgooien, iets anders doen dan anders kan ook voor je omgeving lastig zijn. Je kiest voor een andere baan, een andere relatie, je houdt op met roken, je drinkt geen alcohol meer, je neemt meer tijd voor stilstaan enzovoort. Het netwerk waartoe je behoort
heeft vaak moeite met jouw koerswijzigingen: wie denk je wel dat je bent, hè vervelend dat we je minder vaak zien, zo ongezellig, je laat ons in de steek enzovoort. Wil je gehoor geven aan de uitnodiging en de roep dan betekent dat vaak een worsteling, een overwinnen van je neiging om in je comfortzone te blijven en niet uit de toon te vallen in je netwerk. Het innerlijk verlangen helpt je om het besluit te nemen je diepste drijfveer te volgen ondanks alle weerstanden en ten slotte de uitnodiging te aanvaarden.

3. Helpers langs de weg

Als je de uitnodiging aanvaardt, krijg je altijd hulp, meestal van onverwachte zijde. In de grote verhalen en sprookjes duiken ze vaak op langs de kant van de weg, kort na het verlaten van een stad, het ouderlijk huis of na een andere koerswijziging in het leven. Dikwijls een oude man of vrouw, soms ook sprekende dieren. Ze geven de held een magisch voorwerp, een toverspreuk, of een oude veerman zet hem over een rivier. In moderne verhoudingen kan het een bijzondere en inspirerende ontmoeting zijn, een boek dat je wordt aangereikt, een meevaller, een ‘geluk bij een ongeluk’, een droom, een ingeving, een appje van een goede vriendin enzovoort.

4. Beproevingen gedurende de reis

Er doemen al snel beproevingen op. De eigen angsten en tegenstrevende krachten dienen zich aan. Waar ben ik aan begonnen? Had ik niet beter thuis kunnen blijven? Twijfel over de ingeslagen weg komt op. Gevoelens van ontworteling. Er zijn niet alleen innerlijke krachten die zich roeren, maar ook voorvallen van buiten die je proberen tegen te houden. Kritiek uit je omgeving, onbegrip, misverstand, het verlies van vrienden en vriendinnen enzovoort. Deze beproevingen overwinnend wordt de mens naar zijn bestemming gevoerd (Odysseus: terugkeer naar Ithaka). Dat is de eigenlijke queeste, de levenstaak.

5. De crisis en het vinden van de schat

Wat de zoekende mens tot held maakt is diens toewijding aan het diepste verlangen dat in zijn/haar ziel leeft: Worden wie je eigenlijk bent, voorbij ego. Er is een moment ten slotte dat ervaren wordt als overgave, een loslaten van alles wat bekend is en vertrouwd, ja een sterven. Het woord crisis is wel toepasselijk. Mensen die zo’n levenscrisis (een burn-out bijvoorbeeld) hebben meegemaakt, begrijpen wat hier is bedoeld. In de overgave wordt iets nieuws gevonden. In het Zen-Boeddhisme is er een mooie raadselspreuk die dit moment typeert: ‘Als je nergens meer kunt staan, waar sta je dan?’ Er is een zijnsgrond voorbij alles waaraan we normaal gesproken vasthouden. Die onverwachte zijnsgrond heeft het karakter van het vinden van de schat. Men is niet meer afhankelijk van wat anderen ervan zeggen, maar men staat op eigen ‘heilige grond’. De held is mens geworden in de ware zin van het woord, één geheel, éénvoudig en werkelijk open.

6. Verleidingen en de terugkeer naar de wereld

Het is verleidelijk om in de grot, de staat van heelheid of vereniging met wie je ten diepste bent, te blijven. Maar dat is niet de bedoeling. Je moet terug naar de gemeenschap, de wereld en je moet wat je gevonden hebt aan inzicht, liefde en ervaring, dienstbaar maken aan de samenleving of het netwerk waartoe je behoort. Niet ter meerdere eer en glorie van jezelf, maar voor de anderen. De held moet weer terug naar de wereld als ‘gewoon’ mens en anderen ondersteunen of bemoedigen om ook hun eigen weg te gaan.

In de zondagen van de veertig dagen tot en met Pasen zijn deze zes momenten onze leidraad.

Over Florus Kruyne

Florus Kruyne

Florus is emeritus-predikant van de Geertekerk

Gerelateerd