Ik wil alleen geloven als ik niet per se hoef te geloven
Geschreven door Tom HarkemaDe Groene Amsterdammer van 11 november 2015 publiceerde een briefwisseling tussen de journalisten Yvonne Zonderop (o.m. voorheen de Volkskrant) en Stephan Sanders (Vrij Nederland). De brieven gaan over geloof. Heel voorzichtig en ook omzichtig, maar tegelijk moedig benaderen ze het onderwerp. Beiden zijn vijftig plus en ze maken duidelijk dat geloven in God voor henzelf en hun vriendenkring altijd een soort ‘no-go-area’ was. Geloven was passé, in ieder geval niet passend bij ‘ons soort mensen’ en zeker ook niet bij hun persoonlijke leven, waar vooral de ratio bepalend was. En nu, ouder geworden, merken ze dat ze meer openstaan voor het ongrijpbare, de mogelijke kracht van buiten.
De briefwisseling viel me op omdat er recent veel te doen is over het onderzoek ‘God in Nederland’. Daaruit blijkt dat in ons land het aantal gelovigen alsmaar afneemt en dat nu ook het aantal mensen dat zich spiritueel noemt kleiner wordt. God lijkt de wedstrijd te verliezen en velen juichen dat van harte toe. En dan schrijven nu zomaar een paar journalisten van wie je dacht te weten dat ze 100% seculier waren op dat geloven in het hogere misschien toch niet zo’n gekke optie is. Met heel veel mitsen en maren, natuurlijk, maar toch. En het gekke is dat deze briefwisseling mij persoonlijk troost en hoop geeft. Dat is omdat ik zelf ook een kleingelovige ben die het misschien daarom fijn vindt gelijkgestemden te vinden die als het ware uit de kast komen. Ja, misschien is uit de kast komen, een begrip dat we meestal koppelen aan mensen die hun homoseksualiteit lang verborgen hielden, hier wel goed gekozen.
Zonderop schrijft bijvoorbeeld: “Ik wil alleen geloven als ik niet per se hoef te geloven” en ik voel dat helemaal met haar mee. Rationele mensen zoals zij en ik geven ons niet gemakkelijk over, we willen de controle te allen tijde zelf houden. Aan de andere kant: in een interview in dagblad Trouw gaf de remonstrantse predikante Christiane Berkvens zonder omhaal van woorden aan dat God voor haar gewoon bestaat en dat vaststaande feit biedt mij óók vertrouwen en rust. Een mens zit gek in elkaar.
Verderop in een van haar brieven schrijft Zonderop: “Ik heb eigenlijk veel meer met het Engelse ‘faith’ dan met het Nederlandse ‘geloven’. In ‘faith’ zit niet alleen geloof, maar ook hoop en liefde”. En ze besluit dat ze heel graag hoop en vertrouwen wil voelen, maar dat ze het moeilijk vindt om zich over te geven. En Sanders: “Ik ben nu zover dat ik ‘God’ kan zeggen, zonder het meteen met twee of drie flessen wijn weg te spoelen”.
Een steile calvinist zou zeggen: “Gods wegen zijn ondoorgrondelijk”.