Wat weten we eigenlijk?
Geschreven door Florus KruyneWeinig tot niets. Dat gevoel bekruipt je als je in onbekende streken komt. In mijn geval in Albanië. Ons gezelschap was te gast bij de Bektashi, een levende mystieke traditie in de Islam en ingebed in de Albanese samenleving. Nooit gehoord van de Bektashi. (Op de avond van 17 november zal ik er meer van vertellen en laten zien).
We werden onder andere geleid naar de stad Berat (staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO). Bovenop de berg waar Berat tegenaan gebouwd is, bevindt zich de burcht met een oude Byzantijnse kerk en beroemde iconen, de ‘Iconen van Berat’. Ook nooit van gehoord. Ze vertegenwoordigen een eigen stijl met o.a. een Madonna met haar kind in de rechterarm in plaats van aan de gebruikelijke linkerkant.
Gerestaureerd in communistisch China
Bovendien waren er in de bibliotheek van die kerk twee codices gevonden, oude handschriften van de vier Evangeliën, een uit de 6e en een uit de 9e eeuw. Het oudste handschrift (Beratinus I) was in 1971 gerestaureerd in het Archeologisch Instituut van de Academie van Wetenschappen van communistisch China. Hoe is dat nou weer mogelijk?
Wondere dingen
We weten niets. En dat betreft alleen nog de geschiedenis van de wereld. Ook in religieus opzicht weten we niets, bibliotheken vol dikke boeken over God ten spijt. Ik was betrokken bij de uitvaart van een van de vrienden van onze gemeente. De tekst waar hij vaak op uitkwam was uit het slot van het boek Job, hoofdstuk 42. Job krijgt ongelofelijk veel te lijden en hij klaagt God aan. In Gods antwoord, wordt Job gewezen op Gods ondoorgrondelijkheid en grootheid. Uiteindelijk geeft Job zich gewonnen en zegt hij: ‘En ik maar spreken zonder iets te weten over wondere dingen die ik niet begreep.’ Dit was eigenlijk een levensmotto geworden bij onze vriend. Het kan een gemakkelijke en comfortabele zin worden, maar ik vermoed dat het bij hem van een diep inzicht getuigde.
Voedend
Dit weten, weinig tot niets te weten, in vele opzichten, kan je cynisch of nihilistische maken, maar in mijn geval en dat van vele anderen, voedt het een natuurlijke interesse en nieuwsgierigheid om te leren kennen, en het voedt zeker ook de ‘verwondering over wat ons toevalt en geschonken wordt.’ (uit de Remonstrantse geloofsbelijdenis 2006).