Je laten verbinden
Geschreven door Claartje KruijffJaren geleden woonden wij met onze kleine kinderen in een dorp tegenover een molen. Wij kregen nieuwe buren, toen zeventigplussers, die vanuit het buitenland naar ons dorp waren verhuisd. Binnen een week stonden ze koffie te schenken bij de molen op Nationale Molendag met een t-shirt aan ter ondersteuning van het behoud van de molen. Binnen de kortste keren zorgde dit echtpaar dat ze mee konden doen op allerlei plekken. Ze fietsten door het dorp en werden gekend. ‘Zo doe je dat’, dacht ik toen. Je komt ergens waar je niemand kent en je laat je kennen door mee te doen.
Gemeenschapszin
Ook moest ik denken aan een vriend van onze gemeente, Frits Bausch, die in december overleed. Toen Frits en ik elkaar ontmoetten vertelde hij dat hij vroeger met zijn vader naar de Geertekerk ging. Hij zei me: ‘ik mis dat deel van mijn leven’. Hij kwam naar een dienst of twee en sloot zich direct aan als vriend van onze gemeenschap. Hij en zijn vrouw Robine kwamen uit Amsterdam maar zorgden vanzelf dat ze bij ons gingen horen. Ze kwamen samen altijd vroeg op zondag en dronken dan koffie voor de dienst in de foyer. Ze mengden zich op een hele vanzelfsprekende manier onder de mensen. Binnen de kortste keren werden ze herkend en gekend. Frits zei over de Geertekerk dat het hem raakte en dat hij er gemeenschap en troost ervaarde. En op mijn beurt trof het mij hoe vanzelfsprekend hij zich hier verbond en ook committeerde. Dergelijke commitment en trouw bracht hem gemeenschapszin, structuur en diepgang. Frits liet zich ook verbinden en gaf op die manier smoel aan wat hij belangrijk vond en ook aan zijn eigen verlangen.
Ergens nieuw zijn
Zelf ben ik eind april naar Utrecht verhuisd en denk ik juist nu aan deze voorbeelden. Toen ik hier net woonde belandde ik op ons jaarlijkse straatfeest. Die avond werd gevraagd wie het komende jaar het straatfeest zou organiseren. Met bovenstaande inspirerende voorbeelden in mijn achterhoofd had ik, voor ik het wist, mijn vinger opgestoken: ik! Toen ik mijn vinger al had opgestoken schrok ik ook even. Wat betekent dat eigenlijk? Wat moet ik dan allemaal? Ik ken hier nog niemand en ik moet de kar al trekken. Direct dacht ik ook bij mijzelf: en toch is dit goed. Je wilde er toch bij gaan horen? En zo probeer ik bij de stad te gaan horen door te zorgen dat de stad bij mij gaat horen. Door me te binden laat ik mij verbinden.
Ongebonden toeristische levenshouding
In haar nieuwe boek Zeg me wie ik ben schrijft emeritus hoogleraar psychologie Liesbeth Woertman over hoe ‘een ongebonden toeristische levenshouding’ ons verlangen om vaste grond onder onze voeten te ervaren ondermijnt. Ook las ik ooit ergens over het verschil tussen anybodies en somebodies. Anybodies
kunnen gaan en staan waar ze willen en overal ter wereld instappen. Hun computer inpluggen. Dezelfde hotelketens, winkels en koffieketens tegenkomen. Je kunt overal inhaken en herkenning zoeken, maar committeert je nergens aan. Somebodies zijn mensen die zich lokaal wortelen. Die zich ter plaatse committeren en daar mede smoel geven aan gemeenschappen. Toen ik dat las dacht ik: de wereld heeft behoefte aan meer somebodies.
Als je ja zegt, instapt en je committeert, geef je misschien een deel van je vrijheid op maar je krijgt er een ander soort vrijheid voor terug. Je gaat ergens bij horen. Je wordt onderdeel van het grotere weefsel. Je krijgt er nieuw leven bij. Je wordt gekend. Er wordt op je gerekend. De gemeenschap zal voor je zorgen. Je wordt verrijkt door de gemeenschap en de gemeenschap is vermeerderd met jou erbij.